Welkom in Krakau, een stad die je niet alleen ziet, maar voelt. Hier wandel je door eeuwen geschiedenis, van koninklijke paleizen tot stille getuigen van oorlog en herinnering. Elke steen, elke steeg ademt cultuur, en de charme van deze Poolse parel raakt je diep.

Via mijn website meen ik je mee langs verborgen parels, historische hoogtepunten en plekken die je raken. Geen standaard toer, maar een beleving vol context, emotie en schoonheid. Of je nu houdt van architectuur, geschiedenis of gewoon de sfeer van een stad die leeft – Krakau zal je hart veroveren.

Een gebonden hoofd, leeg vanbinnen, liggend op het plein alsof het wacht op herinnering. Eros Bendato van Igor Mitoraj is meer dan een kunstwerk—het is een spiegel van vergankelijkheid, macht en kwetsbaarheid. In het bruisende hart van Krakau nodigt dit beeld uit tot stilstaan, voelen, en nadenken.

Tussen de witte tenten en rustige gesprekken staat hij daar—een formeel silhouet in blauw. Niet als verstoring, maar als stille aanwezigheid. De politieagent observeert, beschermt, en herinnert ons eraan dat zelfs in momenten van rust, waakzaamheid een vorm van zorg is.

Tussen de bomen van Planty Park en langs de rustige straten van Krakau duiken ze op: kleine, verweerde kiosken die ooit het kloppend hart waren van lokale handel. Met hun houten luiken, sierlijke dakranden en nostalgische kleuren lijken ze rechtstreeks uit een andere tijd te komen. Ze verkochten ooit kranten, bloemen, sigaretten of snoep—nu staan sommigen leeg, als stille getuigen van een stad in verandering. Maar hun aanwezigheid is allesbehalve vergeten. Ze brengen karakter, herinnering en een vleugje melancholie in het stadsbeeld. In de ochtendzon of onder herfstbladeren lijken ze bijna poëtisch.

Zittend op een bank, gevangen in een metalen kader, kijkt hij stil toe. Piotr Skrzynecki—de ziel van Krakau’s cabaret en satire—blijft aanwezig in Planty Park. Niet als standbeeld, maar als herinnering aan vrije kunst, scherpe humor en het recht om te spreken. Een portret dat leeft, midden in de stad.

"Ik fotografeer wat blijft hangen—symbolen, stilte, en de ziel van de stad."

Onder de torens van de Mariakerk stroomt het leven. Mensen ontmoeten elkaar, verhalen kruisen, geschiedenis ademt tussen de gevels. De ongelijke torens van de kerk vertellen hun eigen legende.

🎺 De trompetmelodie uit de Mariakerk stopt altijd abrupt.

Waarom? Omdat de trompettist in de 13e eeuw werd neergeschoten door een Mongoolse pijl midden in zijn alarm. Sindsdien wordt de Hejnał Mariacki elke uur gespeeld en altijd afgebroken op datzelfde moment. Een eerbetoon met een dramatisch einde, elke dag opnieuw.

Voor de barokke gevel van de Sint-Petrus-en-Pauluskerk staan twaalf imposante beelden van de apostelen. Ze werden in de 18e eeuw geplaatst en vormen een visuele toegangspoort tot het heilige. Elk beeld draagt een eigen attribuut—een sleutel, een zwaard, een boek—dat verwijst naar het leven en martelaarschap van de apostel.

De beelden zijn gemaakt in barokstijl, herkenbaar aan hun expressieve houdingen en dramatische plooien. Ze staan op hoge sokkels, waardoor ze letterlijk boven het straatbeeld uitstijgen. Samen vormen ze een symbolische wachtrij: een overgang van het wereldlijke plein naar het spirituele binnenste van de kerk.

Twee grijze paarden trekken de witte koets statig door de stad, maar het is de gevlekte zwarte die de aandacht steelt. Versierd met rood en geel, zijn tuig is bijna ceremonieel—een echo van folklore en trots. Hun hoeven klinken ritmisch op het steen, terwijl toeristen glimlachen en de stad even vertraagt. Krakau beweegt, maar met stijl.

Middeleeuwse pleinen, gotische kerken en barokke gevels vormen een decor waar tijd vertraagt. Hier leeft het verleden in elke steen.

Het Wawelkasteel, gelegen op een heuvel boven de Wisła, was eeuwenlang de residentie van Poolse koningen. De architectuur is een mix van romaanse, gotische, renaissance en barokke stijlen, wat het tot een visueel palet van macht en tijd maakt. De groene koepel die je ziet behoort tot de Wawelkathedraal, waar koningen werden gekroond en begraven.

Het plein zelf is ingetogen, bijna ceremonieel. Geen drukte zoals op de Grote Markt, maar een plek van rust en reflectie.

In de oude stad van Krakau liggen de winkeltjes als juwelen in de straat: kleine boekhandels, ambachtelijke ateliers, geurige delicatessenzaken. Elk met een eigen ritme, een eigen verhaal. En dan zijn er de terrassen—verspreid over pleinen en steegjes, badend in zonlicht of schuilend onder lantaarns.

Ze vergaderen op dakranden, inspecteren terrassen en kiezen altijd de beste uitzichtplek. De duiven van Krakau lijken de stad te runnen—zonder planning, zonder stress. Alleen met vleugels en overtuiging.

Na de regen ligt Krakau ondersteboven. In een plas tussen de kasseien

Langs de overgebleven stadsmuur bij de Floriaanspoort, een gotische toegangspoort uit de 14e eeuw, vind je een unieke openluchtgalerij. Lokale kunstenaars hangen hier dagelijks hun werken uit: schilderijen van Krakause stadsgezichten, folklore, portretten en abstracte composities. De muur fungeert als informele expositieruimte, waar toeristen en bewoners kunst kunnen bekijken én kopen. Deze plek is niet alleen een toeristische trekpleister, maar ook een levend platform voor visuele dialoog. De kunstwerken weerspiegelen vaak de stad zelf—van de Mariakerk tot de Waweldraak—en bieden een toegankelijke manier om Krakau mee naar huis te nemen.

    Smok Wawelski – Het vuurspuwende standbeeld van Krakau

Aan de voet van de Wawelheuvel, vlak bij de ingang van de legendarische drakengrot, staat het bronzen standbeeld van de Waweldraak (Smok Wawelski). Het werd in 1972 ontworpen door de Poolse beeldhouwer Bronisław Chromy en is ongeveer 6 meter hoog. Wat dit beeld uniek maakt: het spuwt echt vuur, meestal om de paar minuten, tot groot plezier van bezoekers.

Geen toeristische façade, maar het kloppende hart van de wijk. Onder een transparant dak van staal en plastic ontvouwt zich een ritme van handel en ontmoeting. Hier koop je geen souvenirs, maar bananen, granen, vlees en verhalen. De borden roepen in het Pools: KASZE, ZIARNA ZBÓŻ, POLAN—woorden die de geur van versheid dragen.

 Auschwitz – Stilte die blijft spreken

Auschwitz, gelegen nabij het Poolse Oświęcim, was het grootste concentratie- en vernietigingskamp van nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog. Tussen 1940 en 1945 werden hier meer dan 1,1 miljoen mensen vermoord, voornamelijk Joden, maar ook Roma, politieke gevangenen en andere vervolgden. Het kamp bestond uit meerdere delen: Auschwitz I (het basiskamp), Auschwitz II-Birkenau (vernietigingskamp), en Auschwitz III-Monowitz (werkkamp). Vandaag is het terrein een herdenkingsplaats en museum, waar barakken, wachttorens en de beruchte spoorlijn getuigen van systematische vernietiging. De toegangspoort met het cynische opschrift Arbeit macht frei herinnert aan de gruwel die achter die woorden schuilging. Auschwitz is geen plek van antwoorden, maar van vragen die blijven echoën. Een plek waar geschiedenis niet alleen gelezen wordt, maar gevoeld.

Tussen prikkeldraad en barakken ligt geen verleden, maar aanwezigheid. De grond draagt herinnering, de muren fluisteren namen. Hier spreekt de stilte luider dan woorden ooit kunnen.

In het hoofdkamp van Auschwitz I ligt een betonnen zwembad, vermoedelijk aangelegd voor gevangenen met privileges. Sommigen gebruikten het, anderen zagen het nooit. Vandaag ligt het stil—een tastbare herinnering aan de tegenstrijdigheden van een onmenselijk systeem.

“Arbeit macht frei” – Een leugen in ijzer Boven de toegangspoort van Auschwitz I staat de zin “Arbeit macht frei.” Een cynische boodschap, gesmeed in metaal, die vrijheid beloofde waar vernietiging wachtte. De woorden zijn stilzwijgende getuigen van hoe taal werd ingezet als misleiding en controle.

Muur des Doods – Stilte tussen Blok 10 en 11 Op de binnenplaats tussen Blok 10 en Blok 11 staat de heropgebouwde executiemuur. Hier werden duizenden gevangenen zonder proces doodgeschoten—meestal Poolse verzetsleden en politieke gevangenen. De muur, zwart en geluiddempend, was ontworpen om te doden in stilte. Vandaag is ze een plek van herdenking, waar bloemen en kaarsen spreken voor wie niet meer kan.

Tussen barakken en wachttorens lopen smalle gangen, omzoomd met dubbele rijen prikkeldraad. Niet om te leiden, maar om te beperken. Elke stap was gecontroleerd, elke blik begrensd. De draad, soms elektrisch geladen, was geen grens maar een waarschuwing: hier eindigt vrijheid.

De rails verdwijnen in duisternis. Barakken zwijgen, ovens liggen als verbrande herinnering. In het avondlicht wordt elke lijn een echo van wat ooit aankwam, maar nooit terugkeerde.

In de Joodse wijk Kazimierz staat de Remuh-synagoge, gebouwd in 1553 en genoemd naar Rabbi Moses Isserles. Naast de synagoge ligt een van de oudste Joodse begraafplaatsen van Polen, waar grafstenen eeuwen van geschiedenis dragen. Aan de rand staat de Wall of Tears—een herdenkingsmuur opgebouwd uit gebroken zerken, stille getuigen van vernietiging en verlies. Samen vormen ze een plek van gebed, rouw en herinnering.

Wall of Tears – Herinnering in brokstukken Aan de rand van de Remuh-begraafplaats staat een muur opgebouwd uit gebroken grafstenen, vernield tijdens de oorlog. Elk fragment draagt een naam, een leven, een verlies. Samen vormen ze een stille herdenking—een muur van tranen, waar het verleden zich niet laat wegvegen.

Na de Tweede Wereldoorlog werden veel vernielde grafstenen teruggevonden en herplaatst. Omdat de oorspronkelijke ligging vaak onbekend was, zijn sommige graven dubbel gelegd: een oude steen bovenop een nieuwe rustplaats. Zo ontstonden lagen van herinnering—een fysieke stapeling van verleden en eerherstel.